De oorsprong van computervirussen: een reis door de tijd
Home » Cybersecurity » De oorsprong van computervirussen: een reis door de tijd
De eerste concepten van zelfreplicerende software
De eerste virussen en de vroege jaren
In 1970 introduceerde Gregory Benford in zijn sciencefictionverhaal “The Scarred Man” een concept dat sterk leek op moderne computervirussen. Een jaar later werd het eerste officieel erkende computervirus, Creeper, ontwikkeld door Bob Thomas van BBN Technologies. Dit virus verspreidde zich via de ARPANET, de voorganger van het internet. Creeper liet een bericht achter: “I’M THE CREEPER: CATCH ME IF YOU CAN.” Het virus was niet destructief, maar gewoon vervelend voor gebruikers.
Ray Tomlinson, een collega van Thomas, creëerde Reaper, een programma dat Creeper verwijderde, wat het eerste antivirusprogramma maakte. Kort daarna verscheen Rabbit (of Wabbit), een virus dat zichzelf snel repliceerde en systemen crashte, een vroege vorm van een denial-of-service (DoS) aanval. En toen ging het van kwaad naar erger.
De opkomst van de term 'Trojaans paard'
In 1974 werd de term “Trojaans paard” voor het eerst gebruikt in een veiligheidsrapport van de US Air Force. Een Trojaans paard is malware die zich voordoet als legitieme software, maar in werkelijkheid schadelijke bedoelingen heeft. Een jaar later creëerde John Walker het programma Animal, een spel dat zich zonder medeweten van de gebruiker verspreidde, waardoor het als een Trojaans paard werd beschouwd.
Het eerste persoonlijke computervirus
In 1982 creëerde de 15-jarige Richard Skrenta het eerste persoonlijke computervirus, de Elk Cloner. Dit virus verspreidde zich via besmette floppy disks en toonde een humoristisch bericht nadat een spel 50 keer was opgestart. Hoewel niet schadelijk, verspreidde de Elk Cloner zich snel en veroorzaakte het de eerste grote virusuitbraak.
De formele introductie van de term 'computervirus'
In 1983 demonstreerde Fred Cohen, een student aan de University of Southern California, een programma dat zichzelf kon repliceren en de controle overnam van systemen. Zijn professor, Len Adleman, vergeleek deze programma’s met biologische virussen en introduceerde de term ‘computervirus’. Cohen publiceerde in 1984 een paper genaamd “Computer Viruses – Theory and Experiments”, waarmee de term officieel werd vastgelegd.
Het eerste destructieve virus
In 1986 creëerden de Pakistaanse broers Basit en Amjad Farooq Alvi het Brain-virus om gebruikers van illegale kopieën van hun software te straffen. Hoewel het virus oorspronkelijk niet bedoeld was om schade aan te richten, ontstonden er later kwaadaardige varianten die gegevensverlies veroorzaakten. Brain wordt beschouwd als het eerste stealth-virus vanwege zijn vermogen om detectie door antivirusprogramma’s te omzeilen.
De impact en evolutie van computervirussen
Computervirussen zijn in de afgelopen decennia geëvolueerd van onschuldige experimenten naar complexe en destructieve software. De kosten van cybercriminaliteit lopen in de miljarden dollars per jaar, en computervirussen vormen een ernstige bedreiging voor: individuele gebruikers, organisaties en nationale veiligheid.
Toekomstige ontwikkelingen en voorzorgsmaatregelen
Met de voortdurende evolutie van technologie is het belangrijk om waakzaam te blijven en adequate beveiligingsmaatregelen te nemen. Cybersecuritystrategie en beveiligingsprotocollen blijven essentieel om ons te beschermen tegen de steeds veranderende dreigingen van malware.